Spelen met je kat

Als je een kat hebt die alleen maar binnenshuis leeft, is het aan jou haar bezig te houden en met haar te spelen. Hieronder een paar spelletjes die daarbij van pas kunnen komen. Zo krijgt zij haar lichaamsbeweging en hebben jullie samen plezier!

‘Opzitten’

Als je kat zit, kun je proberen haar te laten gaan staan. Houd een snoepje of snack voor haar gezicht en breng die steeds verder omhoog terwijl je ‘op’ zegt. Als je kat dan staat, geef je haar het snoepje. Door vaak te herhalen, leert je kat dat ‘op’ staan is.

Leren ‘praten’

Ja, het staat er echt, leren ‘praten’. Houd je kat een brokje voedsel voor haar neus en vraag haar:”Wil je dit?” Meestal kijkt de kat naar het voer en ‘zegt’ ‘mjaa, (m)jaa, ja’. Je hoeft alleen de juiste vragende toon te treffen en je mag geen vragen stellen waarop de kat eigenlijk ‘nee’ zou moeten zeggen.

‘Hop!’

Je klopt met je hand op een stoel of ander voorwerp als je denkt dat je kat daar toch al wilde opspringen. Als je kat wil gaan springen, zeg je ‘hop!’. Als ze boven is, krijgt ze iets lekkers. Ook dit moet je vaak herhalen.

Door een hoepel springen

Houd een hoepel op de grond voor de kat. Lok haar erdoor heen met een lekkernij. Houd de hoepel steeds iets hoger. Zeg telkens met de sprong ‘spring!’. Daarna volgt er weer een lekkernij.

Balspelletjes

Katten zijn dol op alles wat beweegt! Je kunt ze dus een plezier doen met een balletje of muisje aan een hengel of stokje. Je kat maakt de gekste sprongen om de muis te pakken!

Verstoppertje

Katten zijn dol op zich verstoppen, dus je kan een kartonnen doos maken met daarin ‘kamers’ en ‘ramen’. Let er wel op dat de kat zich nergens aan kan bezeren!

Apporteren

Gek genoeg kan ook een kat van apporteren houden. Als ze de hele dag in de weer is met balletjes en propjes, kun je het apporteren met haar proberen. Met behulp van het woord ‘breng’ kun je haar hierbij nog verder helpen.

En zo gaat dat apporteren:

Foto’s: Joelwillis (CC-licentie) en Jon Ross (CC-licentie).